Welkom bij de online-gebruikershandleiding voor uw Velocity 100-versnellerkaart! In deze handleiding vindt u informatie over de geavanceerde functies van de nieuwe kaart, het selecteren van de gewenste weergave-instellingen en overige tips om de Velocity 100-kaart ten volle te benutten. Selecteer een van de onderstaande onderwerpen en de items in het menu aan de linkerzijde voor meer informatie.

OPMERKING: Als u later naar deze pagina wilt terugkeren, selecteert u Hoofdpagina in het menu aan de linkerzijde.

Windows 95 of 98

Windows NT 4.0

Weergavehulpprogramma's of configuratieschermen verwijderen voor uw weergavekaart:

Als u de weergavehulpprogramma's of configuratieschermen wilt verwijderen voor uw huidige weergavekaart, moet u deze eerst opzoeken. U kunt op vier plaatsen naar de locatie van deze programma's zoeken:

1. Als eerste kunt u zoeken in de gebruikershandleiding, de instructies voor installatie of het handboek bij de kaart die u wilt verwijderen. Alle programma's die bij de installatie van de kaart op uw systeem zijn ge∩nstalleerd, worden beschreven in de documentatie bij de kaart. Bovendien kunnen er specifieke instructies zijn om de software bij de kaart van het systeem te verwijderen. Als dit het geval is, volgt u die instructies om de software te verwijderen.
2. Veel programma's van dit type voegen een item toe aan het menu "Programma's" van het menu "Start" in Windows. Dit kan de naam zijn van de weergavekaart waarmee het programma is verbonden of de naam van de fabrikant van de kaart. Dergelijke weergavehulpprogramma's en configuratieschermen krijgen meestal specifieke eigennamen, zoals het programma "3dfx Tools" voor uw nieuwe Velocity 100-kaart. Als een item aan het menu "Programma's" is toegevoegd, controleert u of ook de optie "Uninstall" aanwezig is. Als deze optie aanwezig is, kunt u dit programma het beste gebruiken om de software van uw systeem te verwijderen.
3. Het Windows Configuratiescherm bevat waarschijnlijk de oorspronkelijke programmapictogrammen voor weergavehulpprogramma's en configuratieschermen die met de oude kaart op uw systeem zijn ge∩nstalleerd. Deze pictogrammen kunnen u helpen het programma te identificeren dat u wilt verwijderen, maar geven geen directe toegang tot een methode om het programma te verwijderen. Als u het programma echter hebt ge∩dentificeerd, kunt u het waarschijnlijk verwijderen met de optie "Software" in het Windows Configuratiescherm.
4. De Windows-map "Opstarten" bevat mogelijk een snelkoppeling naar het weergavehulpprogramma's of configuratiescherm voor de oude kaart. Als dat het geval is, kunt u deze snelkoppeling uit de map "Opstarten" verwijderen om het programma uit te schakelen. U verwijdert de software hierdoor echter niet van uw systeem. Gebruik de optie "Software" in het Windows Configuratiescherm om de software daadwerkelijk van het systeem te verwijderen.

U kunt het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" via verschillende methoden openen:

• Klik met de rechtermuisknop op een leeg gedeelte van het Windows Bureaublad (niet op een pictogram of een geopend programmavenster). Selecteer "Eigenschappen" in het menu dat verschijnt.

• Klik op de knop "Start", selecteer "Instellingen" en vervolgens "Configuratiescherm". Dubbelklik op het pictogram "Beeldscherm".

• Dubbelklik op het pictogram "Deze computer" op het Bureaublad. Dubbelklik op het pictogram "Configuratiescherm" en vervolgens op het pictogram "Beeldscherm".

In Windows 98...

1. Open het dialoogvenster "Eigenschappen voor Beeldscherm" en selecteer het tabblad "Instellingen".
2. Klik op de knop "Geavanceerd…" om het dialoogvenster "Eigenschappen" voor de adapter te openen.
3. Selecteer het tabblad "Adapter" en klik op de knop "Wijzigen…".
4. Wanneer de "Wizard Apparaatstuurprogramma bijwerken" verschijnt, klikt u op de knop "Volgende>".
5. Selecteer in het volgende scherm "Een lijst van alle stuurprogramma's op een specifieke locatie weergeven zodat u het gewenste stuurprogramma kunt selecteren." en klik op de knop "Volgende>".
6. Selecteer "Alle hardware weergeven" en selecteer "Standaard beeldschermadapters" bovenin de lijst "Fabrikanten:". Selecteer "Standaard-beeldschermadapter (VGA)" onder "Modellen:" en klik op de knop "Volgende>".
7. Het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma wordt geladen en u wordt gevraagd om het systeem opnieuw op te starten om de wijzigingen door te voeren.
8. Start het systeem opnieuw op om te controleren of het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma juist wordt geladen. Het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma wordt na het opstarten geactiveerd voor gebruik met de actieve weergavekaart.

In Windows 95...

1. Open het dialoogvenster "Eigenschappen voor Beeldscherm" en selecteer het tabblad "Instellingen".
2. Klik op de knop "Beeldschermtype wijzigen…" om het dialoogvenster "Beeldschermtype wijzigen" te openen.
3. Klik op de knop "Wijzigen..." in het deelvenster "Adaptertype" om het dialoogvenster "Apparaat selecteren" te openen.
4. Selecteer het keuzerondje "Alle apparaten weergeven". Selecteer "Standaard beeldschermadapters" bovenin de lijst "Fabrikanten:" en selecteer "Standaard-beeldschermadapter (VGA)" onder "Modellen:". Klik op de knop "OK>".
5. Het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma wordt geladen en u wordt gevraagd om het systeem opnieuw op te starten om de wijzigingen door te voeren.
6. Start het systeem opnieuw op om te controleren of het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma juist wordt geladen. Het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma wordt na het opstarten geactiveerd voor gebruik met de actieve weergavekaart.

In Windows 98...

1. Open het dialoogvenster "Eigenschappen voor Beeldscherm" en selecteer het tabblad "Instellingen" om de pagina Instellingen te openen.
2. Gebruik de keuzelijst "Kleuren" om het gewenste aantal kleuren (de kleurdiepte) te selecteren.
3. Verplaats de schuifbalk "Scherm" naar rechts om de weergaveresolutie te vergroten of naar links om de resolutie te verkleinen. Controleer voordat u verdergaat of uw beeldscherm de geselecteerde weergavemodus ondersteunt.

In Windows 95...

1. Open het dialoogvenster "Eigenschappen voor Beeldscherm" en selecteer het tabblad "Instellingen" om de pagina Instellingen te openen.
2. Gebruik de keuzelijst "Kleurenpalet" om het gewenste aantal kleuren (de kleurdiepte) te selecteren.
3. Verplaats de schuifbalk "Bureaublad" naar rechts om de weergaveresolutie te vergroten of naar links om de resolutie te verkleinen. Controleer voordat u verdergaat of uw beeldscherm de geselecteerde weergavemodus ondersteunt.

• Klik op de knop "Toepassen" om de wijzigingen door te voeren zonder het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" te sluiten.
• Klik op de knop "OK" om de wijzigingen door te voeren en het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" te sluiten.
• Klik op de knop "Annuleren" om het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" te sluiten zonder de wijzigingen door te voeren.

1. Klik op de knop "Start" op de Windows Taakbalk.
2. Selecteer "Instellingen".
3. Selecteer "Configuratiescherm " om het Windows Configuratiescherm te openen.

Het Configuratiescherm bevat gewoonlijk een aantal standaardpictogrammen, zoals hieronder wordt weergegeven, en een aantal pictogrammen voor programma's, hulpprogramma's of configuratieschermen die door andere programma's of apparaten zijn ge∩nstalleerd. De pictogrammen in uw Configuratiescherm kunnen afwijken van de pictogrammen die hier worden weergegeven, afhankelijk van de Windows-opties en andere software die u hebt ge∩nstalleerd. Als u op het pictogram "Beeldscherm" dubbelklikt, wordt het standaard Windows-dialoogvenster "Eigenschappen voor Beeldscherm" geopend. Verwijder dit pictogram niet uit het Configuratiescherm.

 Standaardpictogrammen in het Windows Configuratiescherm

Controleer of zich in het Configuratiescherm pictogrammen bevinden voor weergavehulpprogramma's of configuratieschermen voor de kaart die u van uw systeem wilt verwijderen. Wanneer u software voor de huidige weergavekaart verwijdert, wordt u gevraagd het systeem opnieuw op te starten. Start het systeem opnieuw op voordat u verdergaat.

Het Windows Configuratiescherm bevat het pictogram "Software". Dubbelklik op dit pictogram om het dialoogvenster "Eigenschapppen voor software" te openen. Zoek in de lijst met programma's in het dialoogvenster naar weergavehulpprogramma's, zoals 3dfx Tools. Selecteer het programma dat u wilt verwijderen en klik op de knop "Toevoegen/Verwijderen...". Volg de instructies op het scherm om de procedure te voltooien.

Open het dialoogvenster "Eigenschappen voor Beeldscherm" en selecteer het tabblad "Instellingen". Klik op de knop "Geavanceerd…" (Windows 98) of "Beeldschermtype wijzigen…" (Windows 95) om het dialoogvenster met eigenschappen voor Velocity 100 te openen.

Dit dialoogvenster bevat een aantal nieuwe tabbladen, afhankelijk van de opties die door uw Velocity 100-kaart worden ondersteund:

• 3dfx Info
• 3dfx Tweaks

In het Windows Configuratiescherm bevindt zich bovendien een pictogram voor het configuratiescherm 3dfx Tools.

Selecteer het tabblad "3dfx Info" om de hier afgebeelde pagina "3dfx Info" te openen…

De pagina "3dfx Info" van het dialoogvenster Eigenschappen voor Velocity 100

Klik op het "+"-teken naast een item om de details ervan te bekijken. De volgende informatie over de Velocity 100-kaart is beschikbaar:

• Product (naam)
• Hardware-versie
• Fabrikant
• Totaal videogeheugen
• Kloksnelheid GFX (graphics chip)
• Kloksnelheid geheugen

Verder wordt hier de versie van de 3dfx Tools-software die u gebruikt weergegeven. De laatste twee items geven toegang tot informatie over de huidige en vorige beeldschermadapters en monitoren die u in uw systeem hebt gebruikt.

Selecteer het tabblad "3dfx Tweaks" om de hier afgebeelde pagina "3dfx Tweaks" te openen…

De pagina "3dfx Tweaks" van het dialoogvenster Eigenschappen voor Velocity 100

OPMERKING: Als u de instellingen op de pagina "3dfx Tweaks" wijzigt, kan dit invloed hebben op de visuele kwaliteit of de prestaties van de Velocity 100-kaart in combinatie met bepaalde software. Breng uitsluitend wijzigingen aan als u zeker weet dat deze benodigd zijn voor een juiste werking van de software die u gebruikt.

Gamma-instellingen

Met de schuifbalken onder "Gamma-instellingen" kunt u de helderheid van kleur van uw scherm vergroten of verkleinen. Als uw scherm te donker is, verplaatst u de gammaschuifbalk naar links en als het scherm te helder is, verplaatst u de schuifbalk naar rechts. Als u de relatieve kleurniveaus van het scherm wilt aanpassen, schakelt u het selectievakje "Gamma vergrendelen" uit en verplaatst u de schuifbalk voor elke kleur afzonderlijk (R = Rood, G = Groen, B = Blauw). De standaard gamma-instelling is 1.00 voor elke kleur.

Selectie

Met de drie opties onder "Selectie" kunt u aangeven welke set functies van de Velocity 100-kaart u wilt wijzigen. Als de optie "Desktop" is geselecteerd, kunt u de gamma-instellingen van de Velocity 100-kaart wijzigen voor het Windows Bureaublad. Deze optie heeft alleen invloed op de niet-3D functies van DirectX van Microsoft.

Direct3D

Met deze optie kunt u de gamma-instellingen van de Velocity 100-kaart wijzigen voor uw Direct3D-toepassingen en kunt u de optie voor video-overlay in het deelvenster "D3D / DirectDraw" wijzigen.

Glide / OpenGL

Met deze optie kunt u de gamma-instellingen voor de toepassingen Glide en OpenGL wijzigen en de opties in het deelvenster "Glide / OpenGL" instellen:

• Welkomstscherm uitschakelen - Schakel dit selectievakje in om het welkomstscherm van Glide uit te schakelen.

• Mipmap-dithering forceren - Schakel dit selectievakje in om mipmap-dithering van textuur in te schakelen. Hierdoor kan de visuele kwaliteit van bepaalde toepassingen verbeteren, maar kan tevens de rendering-prestatie van de Velocity 100-kaart verminderen.

• Textuurgeheugen beperken tot 2MB - Schakel dit selectievakje in om twee megabyte textuurgeheugen te reserveren voor de toewijzing van textuureenheden in een Glide-toepassing. Sommige Glide-games werken alleen naar behoren als deze optie is geselecteerd.

• Triple buffering forceren - Schakel dit selectievakje in om triple buffering in te schakelen als in de Glide-toepassing voldoende framebuffergeheugen beschikbaar is om dit te ondersteunen. Hierdoor kan de rendering-prestatie van de Velocity 100-kaart in bepaalde Glide-toepassingen verbeteren, maar niet alle Glide-toepassingen zijn compatibel met triple buffering en onbedoelde "afwijkingen" in de weergave kunnen optreden als deze optie wordt geselecteerd.

Vorige instellingen

Klik op deze knop om alle wijzigingen die u hebt aangebracht in de instellingen (voor Desktop, Direct3D of Glide / OpenGL), ongedaan te maken.

Fabrieksinstellingen

Klik op deze knop om de oorspronkelijke fabrieksinstellingen voor de geselecteerde optie te herstellen.

Als u een van de 3dfx Tools wilt uitschakelen en de bijbehorende pagina uit het dialoogvenster met eigenschappen voor Velocity 100 wilt verwijderen, opent u het Windows "Configuratiescherm" en dubbelklikt u op het pictogram "3dfx Tools" om het hier afgebeelde configuratiescherm "3dfx Tools" te openen…

Het configuratiescherm "3dfx Tools"

Schakel het selectievakje voor de gewenste optie uit en klik op de knop "Toepassen". Als u de optie opnieuw wilt instellen en de pagina in het dialoogvenster met eigenschappen voor Velocity 100 wilt herstellen, schakelt u het selectievakje voor de gewenste optie opnieuw in en klikt u op "Toepassen".

1. Open het Windows Configuratiescherm.
2. Dubbelklik op het pictogram "Software" om het dialoogvenster "Eigenschappen voor software" te openen.
3. Zoek in de lijst met programma's in dit dialoogvenster naar 3dfx Tools.
4. Selecteer 3dfx Tools en klik op de knop "Toevoegen/Verwijderen...".
5. Volg de instructies op het scherm om de procedure te voltooien.

Het dialoogvenster Eigenschappen voor Beeldscherm openen in Windows NT 4.0

U kunt het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" via verschillende methoden openen:

• Klik met de rechtermuisknop op een leeg gedeelte van het Windows NT Bureaublad (niet op een pictogram of een geopend programmavenster). Selecteer "Eigenschappen" in het menu dat verschijnt.

• Klik op de knop "Start", selecteer "Instellingen" en vervolgens "Configuratiescherm". Dubbelklik op het pictogram "Beeldscherm".

• Dubbelklik op het pictogram "Deze computer" op het Bureaublad. Dubbelklik op het pictogram "Configuratiescherm" en vervolgens op het pictogram "Beeldscherm".

1. Open het dialoogvenster "Eigenschappen voor Beeldscherm" en selecteer het tabblad "Instellingen". Klik op de knop "Beeldschermtype wijzigen".
2. Klik op de knop "Wijzigen..." onder "Adaptertype" om het dialoogvenster "Weergave wijzigen" te openen.
3. Selecteer "Standaardweergavetypen" in de lijst onder "Fabrikanten:" en selecteer "Standaard-beeldschermadapter (VGA)" onder "Modellen:". Klik op de knop "Volgende>".
4. Het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma wordt geladen en u wordt gevraagd om het systeem opnieuw op te starten om de wijzigingen door te voeren.

Start het systeem opnieuw op om te controleren of het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma juist wordt geladen. Het standaard VGA-beeldschermstuurprogramma wordt na het opstarten geactiveerd voor gebruik met de actieve weergavekaart.

1. Open het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" en selecteer het tabblad "Instellingen" om de pagina Instellingen te openen.
2. Gebruik de keuzelijst "Kleurenpalet" om het gewenste aantal kleuren (de kleurdiepte) te selecteren.
3. Verplaats de schuifbalk "Scherm" naar rechts om de weergaveresolutie te vergroten of naar links om de resolutie te verkleinen. Controleer voordat u verdergaat of uw beeldscherm de geselecteerde weergavemodus ondersteunt.

• Klik op de knop "Toepassen" om de wijzigingen door te voeren zonder het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" te sluiten.
• Klik op de knop "OK" om de wijzigingen door te voeren en het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" te sluiten.
• Klik op de knop "Annuleren" om het dialoogvenster "Eigenschappen voor beeldscherm" te sluiten zonder de wijzigingen door te voeren.

1. Klik op de knop "Start" op de Windows Taakbalk.
2. Selecteer "Instellingen".
3. Selecteer "Configuratiescherm" om het Windows NT Configuratiescherm te openen.